Het begon allemaal verleden
jaar met een opmerking van een bezoekster van mijn tuin. Ze vertelde me dat
akeleien (aquilegia vulgaris) in Engeland colombines heetten. "U weet wel, colombines, duiven!"
Huh?
Huh?
Ze liet het me zien. Het was
waar. Als je dichtbij kijkt dan zijn het net een koppel duiven. Zo lang ik me
herinner hebben we akeleien in de tuin, maar nog nooit had ik er duiven in
gezien. Wat leuk! Ik besloot er iets over te schrijven op mijn volgende blog.
Nu wil ik natuurlijk geen onzin op mijn
blog zetten, dus ik deed enig research naar colombines. Helaas zijn onze woordenboeken
na de laatste verbouwing spoorloos. Ik zocht daarom op het internet naar de
vertaling van "colombines". Er kwam helemaal geen duiven uit, wat ik ook
probeerde. Het hele akeleien verhaal ging in de ijskast.
Maar afgelopen zomer kreeg het verhaal toch nog een staartje.
We logeerden een nachtje in Colmar (Frankrijk) Ik had er een leuk hotel
geboekt in het centrum. Het hotel heette Le Colombier. (Le Colombier)
Een beetje versuft van de reis en uit verveling las ik de prijslijst van de minibar. Bovenaan stond de naam van
het hotel, Le Colombier, met daaronder het logo. Het was een duif. Weer die
duif! En Colombier lijkt toch wel heel erg op colombine.
Ik wilde nu wel eens weten hoe
het zat met die duiven. Ik vroeg de receptionist in mijn beste frans wat “colombier” betekende. Cést la
maison des pigeons. Het huis van de duiven, een duiventil! Hoe leuk is het om
een Engels raadsel op te lossen in Frankrijk?
Het heeft even geduurd, maar
je moet wat over hebben voor een goed verhaal. Hier zijn dan de schitterende akeleien uit mijn tuin. Duiventillen vol in de mooiste kleuren!
Zie voor open tuindagen:
Aguilegia vulgaris in roze. |
Akelei in licht blauw en paars, zijn het geen schattige duiven? |
Akelei in wit |
Reacties
Een reactie posten