Dit zijn de twee onderwerpen die mij in oktober steeds bezig houden. U zult wel denken wat heeft dit met elkaar te maken? Voor mij alles!
Van een oude landbouwer hoorde ik eens dat hij verband zag tussen de hoeveelheid noten die van de boom viel en de mate van vorst in de komende winter. Voor zulke volkswijsheid ben ik erg gevoelig. Ik vroeg hem dan ook vaak naar de grootte van de noten oogst.
Tegenwoordig is mijn eigen hazelnoot volgroeid en neem ik die als graadmeter.
Een paar jaar terug ben ik begonnen om de noten oogst te wegen en dit te vergelijken met de graden onder nul. In 2009 raapte ik zeven kilo. Die winter werd het min 7. Verleden jaar gingen de noten weer op de weegschaal. Acht kilo. Het werd die winter min 10.
Een paar jaar terug ben ik begonnen om de noten oogst te wegen en dit te vergelijken met de graden onder nul. In 2009 raapte ik zeven kilo. Die winter werd het min 7. Verleden jaar gingen de noten weer op de weegschaal. Acht kilo. Het werd die winter min 10.
Dit jaar zag ik weer veel hazelnoten hangen aan de boom. Ik haalde opgelucht adem toen de oogst was gewogen. Vier kilo. Een milde winter. Relaxed.
Ik bestelde mijn bloembollen met het oog op een milde winter. Het accent op midden en late bloei. Want als de tuin 21 april open is, moet het bloeien. Wat er ook gebeurt!.
Twee weken later.
De walnoten gingen vallen… Ik raapte in voorgaande jaren nooit meer dan 20 stuks. Dit jaar regende het gewoon walnoten. Misschien moest ik die ook eens wegen.
Het was niet te geloven. Vijf kilo walnoten! Wat nu?
Reacties
Een reactie posten